HanzeDuck gaat in alle gevallen uit van de mogelijkheden van de deelnemer. De (leer)vraag van de deelnemer staat centraal.
Door het ‘leren in de praktijk’ wordt, zoals gezegd, niet alleen gewerkt aan de beroepsvaardigheden van de deelnemer, maar juist ook aan zijn vaardigheden op sociaal vlak. Het omgaan met verschillende werkrelaties, het aanleren van werkdiscipline, zoals bijvoorbeeld op tijd komen, respectvol omgaan met elkaar, effectief communiceren, efficiënt omgaan met middelen zijn enkele van de aandachtsgebieden, waaraan HanzeDuck aandacht besteed.
Samengevat gaat het om zelfontplooiing en werknemerschap. Leren met een beperking.
Naast bovengenoemde doelgroep heeft HanzeDuck de mogelijkheid om deelnemers met een licht verstandelijke of lichamelijke beperking in een beschermde omgeving te laten ontdekken wat hun vaardigheden en mogelijkheden zijn. Deze ‘ontdekte’ vaardigheden kunnen vervolgens in HanzeDuck verder worden ontwikkeld en eigengemaakt.
Gezamenlijk wordt aansluitend gekeken naar de mogelijkheid tot uitstroom naar werk, het oppakken van een opleiding of het inzetten van dagbesteding.